Ontslag op staande voet bij overtreden coronamaatregelen

Arbeidsrecht (overheid)

Dat het Covid-19 virus ons leven dagelijks beïnvloedt in de privé- en werksfeer is maar al te duidelijk. Om het virus in bedwang te houden zijn door het kabinet de afgelopen maanden diverse maatregelen afgekondigd. Overtreding van (een van) deze maatregelen kan je een boete opleveren. Maar hoe zit het eigenlijk met het niet naleven van de maatregelen op de werkvloer door de werknemer? Welke mogelijkheden heeft de werkgever? En mag de werkgever de arbeidsovereenkomst met de werknemer (met onmiddellijke ingang) beëindigen indien een werknemer zich op de werkvloer niet aan de maatregelen houdt?

Overtreden anderhalve meter regel

Over deze laatste vraag buigt de kantonrechter Rotterdam (ECLI:NL:RBROT:2020:7517) zich. Wat was er aan de hand? Een werknemer die sinds 1986 werkzaam is bij de werkgever als supervisor, lapt bij een bezoek van de HR-adviseur de maatregelen rondom Covid-19 aan zijn laars. De werknemer trekt zijn werkhandschoen uit om tot tweemaal toe -tevergeefs- de hand te schudden van de HR-adviseur. Als reactie op de afwijzing van de HR-adviseur pakt de werknemer de HR-adviseur met zijn beide armen op de schouder vast om hem een omhelzing te geven en gaat de werknemer bewust vlakbij de HR-adviseur staan.

De HR-adviseur spreekt de werknemer aan op het feit dat hij de anderhalve meter afstand niet in acht neemt. Op de vraag waarom de werknemer zo handelt, antwoordt deze “Ik heb Corona en nu heb ik jou besmet.” De werknemer moet zijn handelen met een schorsing gevolgd door een ontslag op staande voet bekopen.

Ontslag op staande voet

De werkgever die een werknemer op staande voet ontslaat, moet om het ontslag overeind te houden bij een rechter wegens de ernstige gevolgen voor de werknemer aan een aantal strikte voorwaarden voldoen (zie hierover onze eerdere publicatie). Zo moet er in ieder geval een dringende reden voor het ontslag zijn. In onderhavige casus wordt door de werkgever het handelen van de werknemer als bedreiging en poging tot (zware) mishandeling gekwalificeerd, hetgeen volgens de werkgever een dringende reden voor een ontslag op staande voet oplevert.

De kantonrechter oordeelt enerzijds dat vast is komen te staan dat de werknemer zich door zijn gedrag provocerend en onverantwoordelijk heeft gedragen. Het is de verantwoordelijkheid van iedereen om zich strikt aan de (relatief gemakkelijke) basismaatregelen te houden om verspreiding van het Covid-19 virus zoveel als mogelijk te voorkomen. Het verweer van de werknemer dat hij handelde uit enthousiasme praat dit niet goed, temeer omdat de werknemer in zijn leidinggevende functie een voorbeeldrol dient te vervullen. Anderzijds overweegt de kantonrechter dat uit de bewakingsbeelden blijkt dat ook collega’s van de werknemer zich niet aan de anderhalve meter regel houden en dat in het algemeen geldt dat strikte naleving door mensen als lastig wordt ervaren. Ook is niet komen vast te staan dat de werknemer bij zijn actie heeft meegedeeld dat hij besmet zou zijn met het coronavirus.

De kantonrechter oordeelt dan ook dat van kwade opzet aan de kant van de werknemer geen sprake is. Bovendien heeft het handelen van de werknemer geen gevolgen gehad voor de gezondheid van de HR-adviseur. De persoonlijke omstandigheden van de werknemer, waaronder het bijna 34-jarige dienstverband, speelt ook een belangrijke rol. Het ontslag op staande voet houdt geen stand; de werknemer had niet op staande voet ontslagen mogen worden.

Hoe nu verder?

De werkgever had bij de kantonrechter het verzoek ingediend de arbeidsovereenkomst te ontbinden, voor zover het ontslag op staande voet niet overeind zou blijven. De kantonrechter oordeelt dat de arbeidsverhouding tussen de partijen dusdanig is verstoord dat van de werkgever in redelijkheid niet meer gevergd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. De werknemer was namelijk al meerdere malen officieel gewaarschuwd wegens het overtreden van de binnen organisatie geldende arbeidsvoorschriften. Zo was in september 2018 aan de werknemer een loonsanctie opgelegd voor het nuttigen van alcohol in het filiaal en de werkgever had de werknemer aangegeven dat dit de laatste kans was om zijn gedrag te verbeteren.

Met het aan de laars lappen van de coronamaatregelen overtreedt de werknemer opnieuw de arbeidsvoorschriften. Daarmee is voldoende aannemelijk gemaakt dat de werkgever het vertrouwen in de werknemer heeft verloren en een goede samenwerking niet meer tot te mogelijkheden behoort.

Tips voor de praktijk

Ook op de werkvloer moeten maatregelen rondom het Covid-19 virus nageleefd worden. Op de werkgever rust de verplichting een veilige werkomgeving te creëren. Als werknemers zich niet houden aan de opgelegde maatregelen brengen zij niet alleen de gezondheid van collega’s, maar ook de continuering van de bedrijfsvoering in gevaar. Zorg er als werkgever voor dat het voor werknemers duidelijk is welke maatregelen en arbeidsvoorschriften in acht genomen moeten worden. Maak daarbij kenbaar dat niet naleving van de maatregelen op de werkvloer arbeidsrechtelijke consequenties kan hebben en houd toezicht op een goede naleving van de maatregelen. Treed als werkgever bij overtreding van de coronaregels gepast en consequent op. Het is niet uitgesloten dat het met opzet (stelselmatig) overtreden van de opgelegde maatregelen en arbeidsvoorschriften de werkgever de mogelijkheid biedt om (afhankelijk van de omstandigheden) tot een ontslag op staande voet over te gaan.

Loopt u in de praktijk tegen een dergelijke situatie aan? Bel ons vrijblijvend op 079 3631919 voor een afspraak. Wij zijn u graag van dienst. 

Ontvang onze publicaties

Ontvang ons cursusaanbod

Volg ons op social media

Gerelateerde publicaties

Eerdere publicaties

Latere publicaties