Ondernemingskamer legt advies- en beroepsrecht ondernemingsraad van overheidsorgaan verder aan banden

Ambtenarenrecht

Op grond van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) moet de ondernemingsraad (OR) door de ondernemer in de gelegenheid worden gesteld advies te geven over belangrijke (voorgenomen) financieel-economische en bedrijfsorganisatorische besluiten van de ondernemer. Bovendien kan de OR beslissingen die de ondernemer neemt in afwijking van het OR-advies ter toetsing voorleggen aan de Ondernemingskamer. Het overleg- en adviesrecht van de OR bij de overheidsonderneming zijn beperkt als gevolg van het ‘primaat van de politiek’: besluitvorming van politieke aard (besluiten met betrekking tot vaststelling, beleid en uitvoering van publiekrechtelijke taken) wordt niet bestreken door het adviesrecht van de OR. Het adviesrecht van de OR is wel van kracht op eventuele uitvoeringsbesluiten met betrekking tot de eventuele personele gevolgen die uit het politieke besluit van de ondernemer voortvloeien.

In zijn uitspraak van 19 november 2015 (vindplaats: ECLI:NL:GHAMS:2015:4890) heeft de Ondernemingskamer de rechten van de OR bij politieke besluiten nog verder teruggebracht en eigenlijk beperkt tot de personele gevolgen van politieke besluiten.

De zaak

De gemeenten Diemen, Uithoorn en Ouder-Amstel hebben onderzoek verricht naar hoe zij elkaar kunnen versterken door samenwerking op ambtelijk gebied. Uit het onderzoek komt naar voren dat de kansen op een succesvolle ambtelijke samenwerking het grootst zijn met de oprichting van een ‘shared service organisatie’ (‘DUO+’ geheten) waarnaar de gemeenten verschillende taken zoals inkoop, financiën, automatisering en juridische zaken, zullen overhevelen. In verband met de voorgenomen intergemeentelijke samenwerking wordt een werkgroep gevormd die bestaat uit de OR’en van de betrokken gemeenten. De gemeenten hebben over de voorgenomen overheveling van taken en over het globale ontwerp van DUO+ overleg met de werkgroep. De bestuurders vragen voorts advies aan de OR’en. De OR van de gemeente Diemen adviseert negatief. De gemeente legt het advies gemotiveerd naast zich neer, waarna de OR in beroep gaat tegen het besluit tot overheveling van taken aan DUO+.

Oordeel Ondernemingskamer

De Ondernemingskamer oordeelt dat de OR geen advies- en beroepsrecht heeft. Het besluit om taken over te hevelen naar DUO+ is een besluit van het college van B&W, na verkregen toestemming van de gemeenteraad. Het besluit vergt naar het oordeel van de ondernemingskamer een politieke afweging van de daaraan verbonden voor- en nadelen en valt als zodanig onmiskenbaar onder de reikwijdte van het ‘primaat van de politiek’. Dan is het besluit op grond van artikel 46d, aanhef en onder b WOR van advies- en beroepsrecht uitgesloten, behalve voor zover het de gevolgen daarvan betreft voor de werkzaamheden van de in de gemeente betrokken personen. Die gevolgen zijn in deze procedure echter niet aan de orde. In dat kader bevestigen partijen ter zitting dat de adviesaanvraag van de gemeente slechts ziet op het voorgenomen besluit taken aan DUO+ over te dragen (en dus als het ware slechts om mee te doen in de ‘DUO+-samenwerking’), maar nog niet op de eventuele personele gevolgen daarvan. Daarover worden later afzonderlijke adviestrajecten opgestart, zo verklaren de gemeente en de OR’en.

De bovenstaande regel (‘geen adviesrecht bij politieke besluitvorming’) is volgens de Ondernemingskamer zo sterk dat daarvan ook niet kan worden afgeweken in de situatie zoals hier aan de orde, te weten waarin de bestuurders de OR’en onverplicht advies hebben gevraagd.

Het beroep van de OR wordt afgewezen.

Commentaar

In het medezeggenschapsrecht is het adagium “eens gegeven blijft gegeven” een groot goed. Het komt er op neer dat als de ondernemer en de OR schriftelijk (bijvoorbeeld in een ondernemings-overeenkomst of in notulen van een overlegvergadering) afspreken dat de OR bovenwettelijke (advies)bevoegdheden krijgt toebedeeld, danwel als de ondernemer de OR onverplicht advies heeft gevraagd, die afspraken niet zomaar teniet kunnen worden gedaan. Bovendien zijn op de extra bevoegdheden de wettelijke voorschriften van het adviesrecht en de mogelijkheid voor de OR beroep in te stellen van toepassing. De OR kan naleving van die bevoegdheden door de ondernemer zo nodig bij de rechter afdwingen.

De Ondernemingskamer oordeelt nu dat ‘eens gegeven’ helemaal niet altijd ‘blijft gegeven’ is. Afspraken tussen de ondernemer en OR over uitbreiding van bevoegdheden van de OR gelden namelijk niet voor zover die (voorgenomen) besluiten onder het politieke primaat van artikel 46d, aanhef en sub b van de WOR vallen, ook al vraagt de ondernemer advies aan de OR omdat hij ervan uitgaat dat het besluit niet onder het politieke primaat valt.

Zou dat anders zijn, zo stelt de Ondernemingskamer, dan leidt dat ertoe dat democratisch genomen besluiten waaraan politieke afwegingen ten grondslag liggen, alsnog worden doorkruist door medezeggenschap van werknemers en/of door toetsing van de rechter. Dat zou de vrijheid van organen als het college van B&W en de gemeenteraad om zelfstandig afwegingen te maken op basis waarvan politieke besluiten worden genomen, te zeer inperken.

Aldus perkt het arrest van de Ondernemingskamer de medezeggenschap (advies- en beroepsrecht) van de OR bij overheidsondernemingen verder in, nu zelfs ook in situaties waarin de overheidsondernemer vrijwillig om advies vraagt.

Speelt er een medezeggenschapsgeschil bij uw organisatie, bijvoorbeeld over het al dan niet bestaan van het adviesrecht voor de OR, bel dan met de specialisten van Vijverberg.

Ontvang onze publicaties

Ontvang ons cursusaanbod

Volg ons op social media

Gerelateerde publicaties