Wetsvoorstel wijziging Wet gemeenschappelijke regelingen: een ‘preview’

Bestuursrecht

Op 29 juni 2018 heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties aangekondigd met een voorstel tot wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) te komen. Inmiddels is een voorstel gereed en in de fase van internetconsultatie (26 augustus tot 12 oktober 2019). Het doel van het wetsvoorstel is de democratische legitimiteit van gemeenschappelijke regelingen te versterken, onder meer door het vergroten van de controlerende en kaderstellende rol van de gemeenteraden. Het voorstel moet nog door de Tweede en de Eerste Kamer, maar desondanks bespreken wij kort de belangrijkste elementen.  

Uitgangspunt wetsvoorstel

Het wetsvoorstel bevat enerzijds nieuwe bevoegdheden voor gemeenteraden en anderzijds verplichtingen om in een gemeenschappelijke regeling (GR) afspraken te maken over bepaalde onderwerpen. De nieuwe wet verplicht de deelnemers om bepaalde onderwerpen te regelen in de GR maar laat partijen vrij in de keuze waaróp zij deze dingen regelen. Op deze manier ontstaat meer bewustzijn bij de raden en is er tegelijkertijd ruimte voor maatwerk per regeling.

Belangrijkste wijzigingsvoorstellen op een rij

Hieronder volgen de belangrijkste wijzigingen van de Wgr met daarbij een korte toelichting:

  1. Invoering zienswijze procedure bij treffen regeling: de raden krijgen het recht bij het treffen van een regeling door colleges en/of burgemeesters een zienswijze naar voren te brengen op de ontwerp-regeling. Burgemeester en colleges dienen schriftelijk en gemotiveerd te reageren op deze zienswijze.
  2. Verplichting om in de GR afspraken te maken over besluiten die voor een zienswijze worden voorgelegd aan de raden van de deelnemers: op dit moment bestaat alleen een verplichte zienswijzeprocedure bij de begroting maar het is mogelijk om de procedure ook bij andere besluiten toe te passen. In de nieuwe Wgr is het verplicht om iets te regelen over de zienswijzeprocedure.
  3. Mogelijkheid regionale gemeenschappelijke raadscommissie in te stellen bij een openbaar lichaam: de raden gezamenlijk kunnen het voorstel doen een dergelijke commissie in te stellen, het algemeen bestuur is vervolgens verplicht de commissie in te stellen. Taak van de commissie is het adviseren van het bestuur van de GR en het voorbereiden van de besluitvorming van de raden.
  4. Meer mogelijkheden samenstelling bestuur openbaar lichaam: bij een collegeregeling kunnen de deelnemers ervoor kiezen ook raadsleden in het algemeen bestuur te benoemen.
  5. Mogelijkheid tot participatie (inspraak) bij besluiten GR: in de regeling moet een bepaling staan over het al dan niet toepassen van participatie.
  6. Opnemen van een actieve informatieplicht: het bestuur van een GR krijgt een actieve informatieplicht richting raden over alles wat in de GR speelt. De regeling moet een bepaling bevatten over de wijze van verstrekking van deze informatie.
  7. Introductie gemeenschappelijk recht van enquête: als sprake is van unanimiteit onder de raden, dan kunnen zij een gemeenschappelijke enquêtecommissie instellen in de vorm van een gemeenschappelijk orgaan. Deze commissie kan onderzoek doen naar eventuele missstanden bij een GR als geheel.
  8. Verduidelijking van de controle mogelijkheid van rekenkamers: omdat onder de huidige wet onduidelijk is of lokale en gemeenschappelijke rekenkamers onderzoek kunnen doen naar het gevoerde bestuur binnen een GR, volgt op dit punt een verduidelijking.   
  9. Extra vergoeding lidmaatschap nieuwe gemeenschappelijke commissies: het is mogelijk om een extra vergoeding in te stellen voor raadsleden die lid zijn van een gemeenschappelijke raadscommissie of onderzoekscommissie.
  10. Afspraken over evaluatie in de GR: het is verplicht in de GR afspraken op te nemen over het evalueren van de GR. De inhoud van deze afspraken is ter vrije invulling van de deelnemers. Desgewenst is het mogelijk af te zien van evaluatie en dat in de GR te vermelden.
  11. Aanpassen regels uittreden uit een GR: in de GR moeten afspraken worden gemaakt over de uittreedvoorwaarden, het is niet meer mogelijk te volstaan met een bepaling dat het algemeen bestuur de gevolgen van uittreding regelt. Deze verplichting gaat ook gelden voor tijdelijke regelingen.
  12. Veranderingen in de begrotingscyclus: er komt een aanpassing van de termijnen voor het indienen van de kadernota, de ontwerpbegroting en de begroting. Hierdoor sluit de begrotingscyclus van gemeenschappelijke regelingen beter aan op die van gemeenten. Door deze betere afstemming is het voor de gemeenteraden makkelijker om te overzien wat de gevolgen zijn van uitgaven in een GR op de begroting van de eigen gemeente.      

Procedure

Het wetsvoorstel moet nog verschillende stappen doorlopen, zodat niet duidelijk is wanneer de gewijzigde wet in werking treedt. Wel is duidelijk dat het te zijner tijd nodig zal zijn bestaande gemeenschappelijke regelingen te wijzigen. Zo zijn er verschillende verplicht te regelen onderwerpen die in de huidige regelingen nog niet zijn opgenomen. Te denken valt aan de mogelijkheid om een inspraakprocedure toe te passen of het invoeren van een zienswijze procedure voor bepaalde besluiten. Als het wetsontwerp in werking treedt hebben de gemeenschappelijke regelingen nog een jaar de tijd om de noodzakelijke aanpassingen door te voeren.

Ontvang onze publicaties

Ontvang ons cursusaanbod

Volg ons op social media

Gerelateerde publicaties