Koffie verkeerd? Over de zorgplicht van de overheidswerkgever

Ambtenarenrecht

Een ambtenaar is op weg naar een kopieerapparaat en glijdt uit. Als gevolg van die val heeft de ambtenaar nek-, schouder- en hoofdpijnklachten. De ambtenaar stelt de overheidswerkgever aansprakelijk en verzoekt om de geleden schade van dit ongeval te vergoeden. Hoe ver gaat de plicht van de overheidswerkgever om te voorkomen dat de ambtenaar schade lijdt? Moet hij bijvoorbeeld te allen tijde het kantoorgebouw schoonhouden zodat niemand kan uitglijden over een plas koffie bij een koffieapparaat?

Zorgplicht overheidswerkgever

Een overheidswerkgever heeft de plicht ervoor te zorgen dat de ambtenaar zodanig zijn werk kan doen, dat hij geen schade lijdt. De Centrale Raad van Beroep heeft al in 2000 aangegeven welke schade, die de ambtenaar lijdt in de uitoefening van zijn werkzaamheden, voor vergoeding in aanmerking komt (CRvB 22 juni 2000, LJN: AB0082). De volgende stappen moeten worden doorlopen om te bepalen of de ambtenaar recht heeft op vergoeding door de overheidswerkgever.

1. Eerst moet beoordeeld worden of de rechtspositionele voorschriften iets bepalen over de vergoeding van schade. Te denken valt aan schade die veroorzaakt wordt door een ongeval dat aangemerkt kan worden als een dienstongeval.

2. Als de rechtspositieregeling niet (volledig) voorziet in een schadevergoedingsregeling, heeft de ambtenaar recht op vergoeding van schade die hij in de uitoefening van zijn werkzaamheden lijdt, tenzij de overheidswerkgever aantoont dat hij aan zijn zorgplicht heeft voldaan. De zorgplicht houdt in dat de overheidswerkgever ervoor zorgt dat de werkzaamheden van de ambtenaar op zodanige wijze zijn ingericht dat er maatregelen zijn getroffen en aanwijzingen zijn verstrekt als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de ambtenaar in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt. Dit betekent dus dat de werkgever op de hoogte moet zijn van de gevaren die verband houden met de werkzaamheden en dat de werkgever daarvoor de vereiste (veiligheids)maatregelen heeft genomen.

3. De werkgever hoeft geen schade te vergoeden als hij aantoont dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de ambtenaar.

Bovendien blijkt uit de jurisprudentie dat de concrete omstandigheden bij de beoordeling van belang zijn. Daarbij kan gedacht worden aan aspecten als de kenbaarheid van het risico, de te verwachten onoplettendheid en de bezwaarlijkheid van de te nemen voorzorgsmaatregelen.

Toepassing op de casus

In onze casus volgt de Centrale Raad van Beroep de hiervoor genoemde stappen om te bepalen of de ambtenaar voor een vergoeding in aanmerking komt. De Raad overweegt dat het kopieerapparaat op een andere, veiligere werkplek (niet naast een afruimbuffet en een koffieapparaat) gesitueerd had moeten zijn, maar ziet daarin geen schending van de zorgplicht. De ruimte was namelijk voldoende verlicht, en de plas koffie was goed zichtbaar. De overheidswerkgever heeft ook aangetoond dat de plaats frequent en goed schoongemaakt werd. De plek hoeft niet voortdurend door de overheidswerkgever geïnspecteerd en schoongemaakt te worden. De Raad is concluderend van oordeel dat de werkgever niet aansprakelijk is. Overigens had de overheidswerkgever uit het oogpunt van coulance wel een bedrag toegekend voor gemaakte en nog te maken noodzakelijke medische kosten.

(CRvB, 3 juni 2010 , LJN: BM7044)

Natuurlijk zijn er ook uitspraken te vinden waarbij de Raad wél van oordeel is dat de zorgplicht geschonden is. Aardige voorbeelden daarvan tref je aan in onze Vijverberg Jurisprudentiedatabank, zoals de volgende.

Een medewerker van de reinigingsdienst stapt tijdens zijn werk van de treeplank van de vrachtwagen af. Omdat het glad is door een combinatie van ijzel en sneeuw, valt de medewerker en loopt letsel op. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het aan de werkgever was om maatregelen te nemen om ongevallen te voorkomen. Dit heeft de werkgever nagelaten. De vuilophaalroute had aangepast kunnen worden of er had speciaal schoeisel uitgedeeld kunnen worden. Het enkel verstrekken van gewone veiligheidsschoenen met een rubberen profielzool die niet speciaal op gladheid bij ijzel zijn berekend, kan in dit opzicht niet als afdoende worden beschouwd. De Raad concludeert dan ook dat de werkgever zijn zorgplicht niet is nagekomen.

(CRvB 25 augustus 2005, LJN: AU1929)

Conclusie

Niet alle schade die een ambtenaar tijdens zijn werk oploopt, hoeft door de overheidswerkgever vergoed te worden. Aan de ene kant moet de overheidswerkgever er voldoende voor zorgen dat de ambtenaar geen schade kan gaan lijden tijdens zijn werkzaamheden, maar aan de andere kant moet de ambtenaar ook zelf voldoende alert blijven om te voorkomen dat hij schade gaat lijden.

Bij aansprakelijkheidsstelling voor schade, zal de overheidswerkgever moeten aantonen dat er zoveel als redelijk mogelijk is, is gedaan om de schade te voorkomen. Hij doet er dan goed aan veiligheidsrisico’s tijdig te kennen door middel van de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). De risicobeoordeling behelst eveneens het risico van onoplettendheid van ambtenaren. Zo nodig zal de overheidswerkgever voldoende (preventieve) veiligheidsmaatregelen moeten nemen om daadwerkelijk te voorkomen dat een ambtenaar schade oploopt.

Ontvang onze publicaties

Ontvang ons cursusaanbod

Volg ons op social media

Gerelateerde publicaties