Onderscheid het relatiebeding van het concurrentiebeding!

Een relatiebeding verhindert indiensttreding bij een concurrerende relatie van de voormalige werkgever niet. In een eerder deze week gepubliceerde uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant wordt het onderscheid tussen een relatiebeding en concurrentiebeding helder geschetst. De rechter oordeelt dat het een voormalig werknemer met een relatiebeding is toegestaan een arbeidsovereenkomst aan te gaan met een concurrerende relatie van zijn voormalig werkgever.

Relatiebeding vs. concurrentiebeding

Een concurrentiebeding heeft tot doel werknemers ervan te weerhouden om dezelfde (concurrerende) werkzaamheden te gaan verrichten bij de concurrent. Vaak wordt afgesproken dat de werknemer gedurende een bepaalde periode na beëindiging van de arbeidsovereenkomst niet werkzaam mag zijn bij concurrenten van de voormalig werkgever.

Een relatiebeding is een bijzondere vorm van het concurrentiebeding en heeft tot doel de werknemer ervan te weerhouden om werkzaamheden te gaan verrichten voor of met zakelijke relaties van de voormalig werkgever.

De betreffende werkgever heeft in de arbeidsovereenkomst met de werknemer een relatiebeding opgenomen. Dit relatiebeding houdt in dat de werknemer geen zakelijke relaties mag aangaan of onderhouden met relaties van de werkgever. 

Oordeel kantonrechter: relatiebeding niet overtreden

Na beëindiging van de arbeidsovereenkomst gaat de werknemer in kwestie echter, in dezelfde functie, aan de slag bij een concurrent van zijn voormalig werkgever. Een beroep van deze voormalig werkgever op het relatiebeding dat tussen partijen geldt, slaagt niet. 

De strekking van een relatiebeding is zodanig verschillend van het concurrentiebeding, dat van overtreding van het relatiebeding niet kan worden gesproken, oordeelt de rechtbank. Uit de letterlijke bewoordingen van het relatiebeding volgt immers dat het de werknemer (enkel) is verboden zakelijke relaties aan te gaan met relaties van de voormalig werkgever. Dit betreft niet met zoveel woorden een verbod tot indiensttreding bij een concurrerend bedrijf, ondanks het feit dat het betreffende bedrijf eveneens een zakelijke relatie van de voormalig werkgever is.