Voor ambtenaren geldt een hogere maatstaf van integriteit, ook na invoering van de Wnra. Maar leidt deze hogere maatstaf in de hierna te behandelen uitspraak ook tot een ontbinding wegens verwijtbaar handelen (de e-grond)?
Wat is er aan de hand?
De werkneemster wordt met ingang van 1 december 2009 aangesteld bij het Kadaster in de functie van Key Accountmanager. Het Kadaster stelt aan de werkneemster een leaseauto en een NS Businesscard ter beschikking. Partijen sluiten een gebruikersovereenkomst bedrijfsauto voor zakelijk en privégebruik. Aan het privégebruik zit een maximum van 12.500 kilometer per jaar.
Vanaf maart 2019 is de werkneemster, als gevolg van een auto-ongeluk, arbeidsongeschikt. Het Kadaster neemt vervolgens contact met haar op, vanwege een reis met de NS Businesscard tijdens arbeidsongeschiktheid. Kort hierna vraagt het Kadaster aan de werkneemster of haar man de leaseauto heeft gebruikt voor zijn eigen onderneming. Daarnaast vraagt het Kadaster toelichting op een aantal specifieke reizen met de NS Businesscard, omdat blijkt dat deze veelvuldig (in de weekenden) is gebruikt. Over het hoge aantal privékilometers legt de werkneemster uit dat zij zich tijdens haar arbeidsongeschiktheid bij haar moeder terugtrekt om alleen te kunnen zijn en op die dagen is gebracht en gehaald door haar man (280 kilometer per dag). De werkneemster ontkent dat haar man de leaseauto voor zijn eigen onderneming heeft gebruikt. Over de NS Businesscard geeft ze aan dat haar dochter de NS Businesscard stiekem uit haar tas heeft gehaald om daarmee in de weekenden te reizen. De werkneemster biedt haar excuses aan, maar wordt door het Kadaster met onmiddellijke ingang geschorst, waarna het Kadaster een ontbindingsverzoek indient bij de kantonrechter wegens verwijtbaar handelen.
De uitspraak
Volgens de kantonrechter heeft het Kadaster nooit op een kilometerregistratie aangedrongen. Ook is de werkneemster nooit aangesproken op de grote omvang van het privégebruik. De kantonrechter is echter wel van oordeel dat de omvang van het privégebruik tijdens arbeidsongeschiktheid om een verklaring vraagt. Van de gestelde ongeloofwaardigheden in de verklaringen van de werkneemster is volgens de kantonrechter echter geen sprake. Nergens blijkt uit de afgelegde verklaringen van de werkneemster over het privégebruik dat sprake is van aantoonbaar misbruik van de leaseauto. Ook van misbruik van de NS businesskaart is volgens de kantonrechter geen sprake. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft de werkneemster met haar verklaringen aangetoond dat alle privéreizen met de (oude) NS Businesscard door haar dochter zijn gemaakt en dat zij niet wist dat haar dochter de NS Businesscard heeft gebruikt. Hoewel de werkneemster kan worden verweten onvoldoende toezicht te hebben gehouden op de aan haar beschikbaar gestelde NS Businesscard, is dat niet zodanig verwijtbaar dat van het Kadaster niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. De kantonrechter oordeelt dat er geen sprake is van misbruik van bedrijfsmiddelen, ook niet gelet op de hogere maatstaf van integriteit die voor de werkneemster als ambtenaar geldt. Om die reden volgt afwijzing van het ontbindingsverzoek.
In deze kwestie blijft een uitvoerige behandeling van de maatstaf van integriteit uit. De boodschap van de kantonrechter is echter wel duidelijk: Voor de ‘genormaliseerde’ ambtenaar geldt een hogere maatstaf van integriteit. Deze hogere maatstaf leidt desalniettemin in deze kwestie niet tot een ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Het is dus van belang om daar rekening mee te houden bij verzoeken tot ontbinding wegens schending van de integriteit.
De volledige uitspraak leest u hier.