Subsidieverlener mag beloning van medewerkers van gesubsidieerde instellingen niet maximeren!

Bestuursrecht

Steeds vaker leggen subsidieverleners de verplichting op aan subsidieontvangers dat de beloning van medewerkers van een gesubsidieerde instelling ten hoogste het normbedrag uit de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt)* bedraagt. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft zich hier recentelijk negatief over uitgesproken (ABRvS 25 juni 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2348).

De casus: verplichting in de subsidieverordening

Stichting Novadic-Kentron, een hulporganisatie voor verslavingszorg, vraagt subsidie aan bij het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven. De Algemene subsidieverordening van de gemeente Eindhoven bepaalt dat de beloning van medewerkers van een gesubsidieerde instelling per kalenderjaar ten hoogste het normbedrag uit de Wopt bedraagt. Bij overschrijding van deze norm wordt het in de verleningsbeschikking genoemde bedrag bij de subsidievaststelling verminderd, zoals in geval van Novadic-Kentron over het jaar 2012 is gebeurd. Novadic-Kentron is het niet met deze verplichting eens en vecht deze in rechte aan.

Verplichting in relatie tot doel van de subsidie

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een bestuursorgaan verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie (4:37 en 4:38 Awb). Verplichtingen die niet strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie kunnen alleen aan de subsidie worden verbonden voor zover dit bij wettelijk voorschrift is bepaald, waarbij die verplichtingen alleen betrekking mogen hebben op de wijze waarop of de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt uitgevoerd (de geoorloofde niet-doelgebonden verplichting als bedoeld in 4:39 Awb).

De uitspraak van de Raad van State

In navolging van de rechtbank (Rb. Oost-Brabant 1 november 2013, ECLI:NL:RBOBR:2013:6036) is de Afdeling van mening dat het college de verplichting tot de maximale beloning van medewerkers niet had mogen opleggen. Er is geen sprake van een doelgebonden verplichting als bedoeld in artikel 4:38 Algemene wet bestuursrecht (Awb):

“7.1(…) Reeds de door de gemeenteraad gemaakte keuze om gevolgen te verbinden aan een overschrijding van de Wopt-norm, ook als zou kunnen worden aangetoond dat een topsalaris uit een andere bron dan de door het college verstrekte subsidie zou worden betaald omdat (…) de Asv geen onderscheid wordt gemaakt naar financieringsbron, wijst erop dat het doel van de verplichting is gelegen in het voorkomen van topsalarissen in plaats van in een doelmatige besteding van subsidiegelden.”

Ook is het verband tussen de verplichting en de gesubsidieerde activiteit te ver verwijderd om als een geoorloofde oneigenlijke verplichting in de zin van artikel 4:39 van de Awb te kunnen worden aangemerkt:

“7.2 (…) De rechtbank heeft terecht overwogen dat weliswaar de gesubsidieerde activiteit wordt verricht met behulp van medewerkers, maar dat de in (…) de Asv vervatte verplichting geen betrekking heeft op deze medewerkers, maar op hun inkomens. Daarmee is het verband tussen de verplichting en de gesubsidieerde activiteit te ver verwijderd om als een geoorloofde oneigenlijke verplichting in de zin van (…) de Awb te kunnen worden aangemerkt.”

Concluderend oordeelt de Afdeling dat de verplichting in strijd is met de Awb en daarom onverbindend.

Gevolgen en tips voor subsidieverordening

Uit de hierboven besproken uitspraak volgt dat het opleggen van een verplichting waarin een maximale beloning van medewerkers van een gesubsidieerde instelling is vastgelegd, in strijd is met de Awb. Pas uw subsidieverordening aan en vermijd dit soort verplichtingen in verleningsbeschikkingen. Besteding van subsidiegelden aan salarissen die uitkomen boven de Wopt-norm** kan wel worden voorkomen door te bepalen dat salariskosten boven de Wopt-norm niet subsidiabel zijn of dat deze kosten niet mogen worden meegerekend bij de berekening van de tarieven.

* De Wopt is per 1 januari 2013 vervangen door de Wet Normering Topinkomens (WNT).

** Na 1 januari 2013: WNT-norm.

Ontvang onze publicaties

Ontvang ons cursusaanbod

Volg ons op social media

Gerelateerde publicaties

Mag de strafrechter besluiten toetsen?

Bestuursrecht
Geschreven door: mr. Roos Jeninga In hoeverre is de strafrechter bevoegd om besluiten van bestuursorganen te toetsen? Deze vraag staat centraal in een uitspraak van de strafkamer van de Hoge…

Langere beslistermijn bij omvangrijke Woo-verzoeken bij beroep niet tijdig beslissen

Bestuursrecht
Geschreven door: Daniël Andela Volgens de rechtbank Noord-Holland geldt bij omvangrijke Woo-verzoeken een langere termijn dan de standaardbeslistermijn. Uit de Woo volgt een beslistermijn van vier weken. Bij een omvangrijk…

Eerdere publicaties